Tuesday, February 15, 2022

 

Tussentijd:

De torens beklagen benige hoeken in het kale ijsgroene water

Het hart verstild in ruisende vloeibare ramen huilend als irisloze ogen

Adonis recht zijn wenkbrauwen en niest stukjes maneschijn gevangen in snot de diepte in

Hier waar zwanen met kanten veren hun vliezen likken als ware het zoenoffers

Vullen de lege uren zich als emmers aan de armen  van jonkvrouwen

Die bloemen scheppen losgebroken uit de stadshagen na een zomerstorm

De zachte koele gloed van hun helwitte gezichten gonst in de avondlucht

Men roemt hun stilzwijgen waardoor hun schoonheid beter te beluisteren valt

No comments:

Post a Comment